Taalfouten toegestaan?

Mogen teksttaalfoutenschrijvers en journalisten taalfouten maken?

Dagblad Trouw publiceerde onlangs het artikel Sorry lezer, weer geen foutloze krant’ (d.d. 30 oktober 2014). Reden? De dagelijkse worsteling van de eindredactie om de krant voor fouten te behoeden. Er valt geen dag een krant op de mat zonder taalfouten, en daar krijgt Trouw uiteraard lezersreacties op. Mogen er in een krant dan geen taalfouten staan? Of liever gezegd, mogen journalisten dan geen fouten maken? Mijn antwoord is nee. De praktijk is echter anders, ook voor tekstschrijvers zoals ik.

De eindredacteur van Trouw, Johan Kahn, gaf graag tekst en uitleg voor de dagelijkse taalfouten. ‘…De correctoren werden wegbezuinigd, de taalfouten bleven in dienst. …Dan begint de eindredacteur aan zijn wedstrijd: hij/zij heeft vijf minuten om 550 woorden te lezen, een fotobijschrift te maken, de tekst passend te krijgen en een pakkende kop plus onderkop te bedenken…’. Kortom, niet zo gek dat er geen krant op de mat valt zonder taalfouten. Heeft u toch klachten? Dan heeft de lezer volgens de krant ‘verzachtende omstandigheden tot klagen’. Zij haalt hierbij een uitspraak aan van literair historicus en taalkundige C.A. Zaalberg aan: ‘Journalisten schrijven niet slechter dan anderen. Maar ze dienen voorbeeldig te schrijven.’

Draak van een spelling
Hoewel spelfouten nooit 100% te voorkomen zijn, mag je sommige spelfouten gewoon niet maken. Denk aan de klassieke d’s en t’s, ei/ij of ou/au. Daarnaast heb je nog een top-200 van fout gespelde woorden, klassiekers om ze maar te noemen, waar je altijd alert op moet zijn. En om het verhaal compleet te maken, heb je nog het Groene Boekje en het Witte Boekje, beide met net even andere spellingsregels. Om een voorbeeld te geven: volgens het Groene Boekje schrijf je pannenkoek met een tussen –n. Het Witte Boekje is vrijer, pannenkoek of pannekoek? Het mag allebei. Of wat te denken van buitenlandse benamingen als Qatar, of is het Katar? Beste regel is: volg de Engelse scriptie voor buitenlandse namen die niet ingeburgerd zijn. En volg voor buitenlandse namen die wèl ingeburgerd zijn, de spelling volgens de Van Dale. Bijvoorbeeld, Beiroet in plaats van Beirut en boerka in plaats van burka.

Nachtje over slapen
Ondanks de soms onduidelijke spelling, mag je als journalist en tekstschrijver geen fouten maken. Wat betreft de eindredacteuren van de krant, daar heb ik alle begrip voor. Het zijn ook onmogelijke deadlines. Maar als tekstschrijver heb je, als het goed is, dergelijke deadlines niet. Daar moet je jezelf voor hoeden. Een vraag van een opdrachtgever om ‘even een tekstje schrijven’, begin ik niet aan. Ik spreek in overleg met mijn opdrachtgever een planning af. Natuurlijk ben je flexibel en snel, maar laat er op z’n minst één dag tussen zitten zodat je er letterlijk een nachtje over kunt slapen. Dit laatste werkt overigens heel goed. Tip voor iedereen die schrijft! De volgende dag lees je je tekst weer met een frisse blik. Mijn ervaring is dat ik altijd nog wat aanpas of corrigeer. En ja, het gebeurt een keer dat ook in mijn teksten een taalfout is geslopen. Negen van de tien keer is een woordje weggevallen of staat het dubbel. Verdorie! Ik had het nog wel zo goed nagelezen en een nachtje laten liggen.

Conclusie
Als tekstschrijver/journalist mag je geen taalfouten maken. Je opdrachtgever verwacht dat je voorbeeldig schrijft, dat is immers je vak. Uitzondering voor de eindredacteuren van kranten die met onmogelijke deadlines kampen. Echter, het overkomt iedereen dat je onverhoopt iets over het hoofd ziet in je tekst. Wees dan zo eerlijk en geef het toe, pas het aan en leer ervan!

This entry was posted in Algemeen, dagbladen, Grammatica, Spelling, Taal & tekst and tagged , , , . Bookmark the permalink.